Opvallend genoeg is het de mainstream-artiest Douwe Bob die deze morele paniek wel veroorzaakt. Niet eens door te zingen of zich tegen Israël te keren, maar enkel door een optreden af te zeggen. Je moet dus haast wel constateren dat de aandacht rond deze afzegging, die door VVD-leider Dilan Yesilgöz als jodenhaat werd bestempeld, en door Telegraaf-columnist Wierd Duk als wanstaltig, meer met de bekendheid van Douwe Bob te maken heeft dan met zijn actie. Er lijkt ook geen sprake van te zijn dat de zanger subversief heeft willen zijn. Hij kiest juist voor dat andere element dat zo belangrijk is in de popmuziek: de noodzaak om authentiek te zijn als maker. Wie principes verloochent, zich anders voordoet en opzichtig buigt voor de commercie kan het schudden als muzikant die ook graag optreedt buiten braderieën en feesttenten. Deze eerlijkheid van Douwe Bob, in combinatie met zijn bekendheid en politici en commentatoren die de gebeurtenis aangrijpen om een punt te maken, lijkt de morele paniek te hebben veroorzaakt.
In Engeland zit een groter publiek klaar om verontwaardigd te zijn over kleinere bands. De Britse columnist C.J. Stone, die de strijd tegen de raves in de jaren negentig nog beschreef als columnist van The Guardian, schrijft op het blog Splice Today naar aanleiding van het optreden van Kneecap hoe verheugd hij is te zien dat de jongeren weer in opstand komen. Je kon de begeestering door de muziek heen voelen, schrijft Stone, [...]